HET REPUBLIKEINS GENOOTSCHAP
____________
Dat laat Nederland van oudsher Siberisch koud, net zoals kwesties als de
gekozen burgemeester,
het referendum en een nieuwe grondwet. Het mag een mirakel heten dat één
landgenoot,
een halve Duitser, er in 1848 in is geslaagd voor het eerst in eeuwen een
substantiële modernisering
van het staatsbestel door te voeren.
Van
oudsher gaat de grondwet ervan uit dat de koning(in) 'naar welgevallen'
ministers benoemt.
Zo stond het al in 1848 in de grondwet en de bepaling overleefde letterlijk tot
in de grondwet van 1972.
Alleen is ze al die tijd achterhaald geweest.
Rijk
Timmer, Het Financieele Dagblad, 20 september 2000
____________